Een Dutch Oven, hier na DO te noemen, is een gietijzeren pan die op pootjes staat, je kan hem ook op een steun zetten. De deksel is voorzien van een opstaande rand, zodat er kolen op gelegd kunnen worden. In deze pan kan je allerlei soorten gerechten maken zoals stoofpotten, soepen maar je kunt ook brood, pizza of taart in deze pan maken. Verder kan je er ook prima in bakken en braden, er staan dan ook tal van Receptenop onze site. Omdat een DO op 3 pootjes of een steun  staat kun je hem boven op je kolen of houtvuur zetten. Het vuur zal niet verstikken maar zal de pan wel verhitten. Omdat een DO redelijk hoog is het slim om gebruik te gaan maken van Skillets. Dit zijn gietijzeren koekenpannen. Ook deze pannen kunnen worden voorzien van een deksel met een opstaande rand. In een Skillet is het iets makkelijker om een taartje of pizza te bakken. Verder kan je er vlees in bakken en andere gerechten die men binnenshuis in een koekenpan maakt.

Geschiedenis van de Dutch Oven
De Dutch Oven dankt zijn naam aan Dhr. A. Darby, een Engelsman die rond 1700 naar Nederland kwam en hier de kunst van het ijzer gieten in een zandmal kwam afkijken. Dit is trouwens nog steeds de methode van het gieten van de DO. De Dutch Oven heeft hier zijn naam aan te danken. Er gaan meerdere verhalen maar deze is het meest voor de hand liggend. De Amerikaanse kolonisten waren, rond 1800, fervent gebruikers van de DO’s en zij hebben er voor gezorgd dat er pootjes onder de DO kwamen zodat ze boven een kolenvuur gezet konden worden. De tegenwoordige cowboys gebruiken de DO nog steeds als ze het vee aan het drijven zijn. Vandaag de dag zijn er in Amerika zelfs wedstrijden in het koken met een DO, terwijl het in Nederland een beetje in vergetelheid is geraakt.

Aan de gang met een Dutch Oven: Inbranden
Een nieuwe Dutch Oven of DO moet voordat je hem kan gaan gebruiken ingebrand worden.  De DO is in de fabriek voorzien van een wax laagje dat roesten voorkomt. Om dit laagje te verwijderen gaan we de DO warm stoken, niet te heet. Als de DO warm is pakken we keukenpapier of jute  en vegen we de binnenkant goed schoon. Dit doen we ook met de deksel. Het warm stoken kan in een oven. Verwarm de oven op 150°C en draai de DO na een half uur om en verwarm nog een kwartier. Wrijf nu de DO van binnen en buiten schoon. Wrijf hem daarna in met zonnebloem olie. Gebruik geen olijfolie omdat de olijfsmaak je taarten kan verpesten. De olie kan je ook vervangen door een stuk spekvet. Het oliën kan ook met een kwast, maar let op dat de haren van de kwast niet smelten. Doordat gietijzer open gaat staan als het heet is trekt de olie of vet  in de poriën van het ijzer en sluit zo het poreuze gietijzer af. Plaats de DO terug in de oven, verwarm hem een uur bij 150°C en laat hem in de oven afkoelen. De DO is nu klaar voor gebruik.

Mocht je de DO niet direct gaan gebruiken zul je hem in moeten wrijven met een vette doek. In het bos is geen oven aanwezig en zul je het inbranden dus op een vuurtje moeten doen. Het proces blijft hetzelfde alleen zal je het stoken goed in de gaten moeten houden. Het beste kun je de DO op z’n kop zetten en dan 10 briketten over de bodem verdelen, en hem zo verwarmen. Laat de DO, na het schoonmaken en oliën, in de kist afkoelen. Zorg ervoor dat de DO altijd vet is. Laat, als je de DO opbergt, de deksel op een kiertje staan want dan voorkom je dat de pan muf gaat ruiken.

Als het koken gaat beginnen.
Eerst gaan we de DO opwarmen, dit doen we op een matig vuur. Afhankelijk van wat je gaat maken, gebruik je spekvet of olie in de DO. Ook kan boter gebruikt worden, maar hier geldt: hoe vetter hoe beter. Laat het vet smelten en enkele minuten inbakken. Gebruik je olie zoals zonnebloemolie zorg er dan voor dat de olie goed door de pan verdeeld wordt. Veeg de pan schoon met een stuk keukenrol of een doek zodat overtollig vet uit de pan is en de DO is klaar voor gebruik.

De temperatuur in de Dutch Oven is afhankelijk van het aantal briketten dat gebruikt wordt. Hieronder zie je een tabel met de temperatuur en het aantal briketten dat hiervoor nodig is.